2.6.3 Geraamde en werkelijke opbrengsten

In de tabel hieronder zijn de geraamde opbrengsten voor 2018 vergeleken met de werkelijke opbrengsten van 2018.

Onroerende- zaakbelasting (OZB)
De OZB is berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. De WOZ-waarden per 1 januari 2017 waren bepalend voor het belastingjaar 2018. In 2018 zijn voor alle onroerende zaken binnen de gemeentegrenzen nieuwe WOZ-beschikkingen afgegeven die het hele jaar 2018 geldig waren. Uitgangspunt voor de berekening van de tarieven OZB is dat we de opbrengst indexeren op basis van inflatie (2018, 1,6%) en rekening houden met volumeontwikkelingen. De leegstand van niet-woningen is verrekend in de tarieven voor niet-woningen.
De OZB opbrengst in 2018 was € 2 miljoen lager dan geraamd. Bij OZB niet-woningen hebben we een lagere opbrengst van in totaal € 2.573.000. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door de verschuiving van niet-woningen naar woningen als gevolg van de jurisprudentie omtrent de wijze van omgaan met recreatiewoningen. Deze worden nu voor het woningtarief aangeslagen. Ook blijkt dat er meer leegstand is dan waarmee bij de begroting rekening is gehouden. De totale WOZ waarde is lager dan geraamd. Het gaat hier met name om bouwterreinen. Voor de woningen is er sprake van een meeropbrengst van € 559.000. Deze wordt verklaard door dezelfde verschuiving van recreatiewoningen van niet-woningen naar woningen.

Rioolheffing
Naast de zorg voor inzameling en transport van afvalwater hebben gemeenten ook een regenwaterzorgplicht en een duidelijke rol als regisseur bij de aanpak van grondwaterproblemen. De kosten die hiervoor worden gemaakt, worden met de rioolheffing verhaald op gebruikers van woningen en niet-woningen. De aanslagen rioolheffing zijn berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. De gemiddelde aanslag rioolheffing ging in 2018 omhoog met 2,15%.

De opbrengsten uit de rioolrechten vielen in 2018 € 300.000 lager uit dan begroot. Net als bij de OZB is de totale WOZ- waarde lager uitgekomen dan geraamd.  De lagere opbrengst voor rioolrechten is echter ruimschoots opgevangen door lagere lasten. Omdat de meevaller van de lasten hoger was dan de lagere opbrengst van de rioolrechten is in 2018 sprake van een dekkingspercentage van 104%. Voor een nadere toelichting op de lasten en baten wordt verwezen naar de verschillenverklaring bij de programma’s.

Afvalstoffenheffing
De afvalstoffenheffing bestaat uit een vast en een variabel gedeelte. Elk huishouden is het vaste gedeelte verschuldigd. Het variabele deel wordt berekend  op basis van het aantal aanbiedingen restafval. Het vaste gedeelte bestaat uit één tarief per huishouden, ongeacht de omvang van dat huishouden. Het variabel gedeelte gaat uit van het aantal liters inhoud per aanbiedmiddel, waarbij ervan wordt uitgegaan dat bij elke aanbieding de vullingsgraad 100% is.
De uitvoering van inzameling en afvoer van afval wordt uitgevoerd door Circulus-Berkel BV.

De totale opbrengst van de heffing is € 528.000 lager dan begroot. Deze wordt voor € 270.000 gecompenseerd door een hogere bijdrage uit het Afvalfonds. De gerealiseerde dekking bedraagt 98%.

• Parkeerbelastingen

De opbrengst parkeerbelasting is € 118.000 minder dan begroot. In de gemeente Apeldoorn worden de parkeertarieven gebruikt om de kosten voor parkeervoorzieningen te bestrijden en om het parkeren binnen de gemeente te reguleren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen parkeren voor bewoners, bezoekers en woon- werk parkeren. De tarieven voor 2018 zijn in lijn met de gemeentelijke kosten van parkeren verhoogd met 2,0%.

• Precariobelasting

Precariobelasting wordt geheven voor het gebruik van gemeentegrond. Hieronder valt niet alleen het plaatsen van containers langs- of op de openbare weg, maar bijvoorbeeld ook lichtbakken aan winkels die boven gemeentegrond hangen. Precariobelasting is een ongebonden belasting, waarbij de gemeente volledige vrijheid heeft in de vaststelling van de hoogte van de tarieven.
De tarieven voor de precariobelasting zijn met 2,0% verhoogd met uitzondering van de tarieven voor kabels en leidingen.

Op de opbrengst van de precariobelasting (exclusief precariobelasting van netwerkbeheerders) is sprake van nadeel van € 0,3 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door correcties op verwachte opbrengsten van voorgaande jaren.

Precariobelasting netwerkbeheerders
We melden bij de precariobelasting netwerkbeheerders een voordeel van € 0,2 miljoen. Uw raad is geïnformeerd over de ontwikkelingen rond de procedure Liander/gemeente Apeldoorn. De gerechtelijk procedures t/m 2016 zijn in het voorjaar van 2019 gestaakt. Voor het belastingjaar 2018 is geen beroep ingediend tegen de aanslag, hiermee is de aanslag definitief. Daarom hebben we in deze jaarrekening een opbrengst van totaal € 39,7 miljoen precario kunnen inboeken over de periode 2011 t/m 2018 (Taakveld 0.8).

• Hondenbelasting

 De tarieven 2018 voor hondenbelasting zijn gehandhaafd op het niveau van 2017. ten opzichte van 2017 is de opbrengst 2,2% lager.

• Toeristenbelasting

De tarieven toeristenbelasting zijn, naast een correctie op basis van het prijsindexcijfer (voor 2018 was dit 1,1%) verhoogd met 5%. De extra opbrengst als gevolg van deze verhoging is toegekend aan investeringen in structuurversterking van de sector en professionalisering van de samenwerking van de Apeldoornse toeristische sector. We melden een hogere opbrengst van € 235.000.

• Reclamebelasting

De tarieven voor de reclamebelasting 2017 zijn op 23 juni 2016 door de raad vastgesteld. Voor het jaar 2018 zijn de tarieven niet verhoogd. De opbrengst is € 52.000 minder dan begroot vanwege een afname van het aantal objecten.
De opbrengst van de reclamebelasting wordt, na aftrek van de gemeentelijke in- en uitvoeringskosten, als subsidie beschikbaar gesteld aan de stichting Centrum Management Apeldoorn. Aan de subsidie is de conditie verbonden dat de stichting met haar activiteiten de aantrekkelijkheid van de binnenstad versterkt.

• Marktgelden

De tarieven zijn in 2018 verhoogd met 4%. Door de teruggelopen bezetting van de markt zijn de tarieven niet kostendekkend. De opbrengst is € 11.000 hoger dan geraamd.

• Begraafplaatsrechten

De tarieven van de begraafplaatsenrechten zijn per 2018 gemiddeld verhoogd met 4%. De lasten en baten met betrekking tot de begraafplaatsen zijn in 2018 lager uitgevallen dan begroot. Per saldo is er een storting gedaan in de voorziening van € 126.000. De voorziening kent nu een positief saldo van € 600.000.
 

• Leges en rechten

De verschillende leges en rechten die worden geheven zijn in principe verhoogd met 2,25%. Bij de vaststelling van een aantal tarieven is rekening gehouden met wettelijk vastgestelde tarieven zoals voor paspoorten en rijbewijzen.
Bij de leges burgerzaken is er sprake van een meeropbrengst van € 180.000. Daarnaast zijn de kosten met € 49.000 gestegen.
De kostendekkendheid van de leges burgerzaken is hoger dan begroot. Voornaamste oorzaak hiervan is dat er circa 2.500 meer reisdocumenten zijn verstrekt dan begroot.  

De opbrengst van de leges vergunningen publiek domein (o.a. winkeltijden, kansspelen, horeca en evenementen) blijft achter bij de begroting. Deze minderopbrengst van € 48.000 zorgt ervoor dat de kostendekkendheid van deze vergunningen ook lager is dan begroot.  De oorzaken hiervan zijn:

• we kregen minder aanvragen voor vergunningen met hoge legestarieven;
• we hebben minder vergunning verleend bij de meest voorkomende vergunningen (evenementen, standplaatsen, drank en horeca en terrassen).

• Omgevingsvergunning activiteit bouwen

De economische hoog conjunctuur zien we terug in een het aantal vergunningaanvragen voor de omgevingsvergunning activiteit bouwen. Vaak met een hogere bouwsom. We hebben dan ook voor bijna € 1,1 miljoen extra bouwleges ontvangen. In 2018 zijn er 1136 aanvragen omgevingsvergunning bouwen aangevraagd en in behandeling genomen. In 2017 waren dit er 1169. De kosten voor de omgevingsvergunningen stijgen net als vorig jaar minder hard dat de legesinkomsten en hebben nu nagenoeg het maximale bedrag in relatie tot een acceptabele werkdruk bereikt.  Daarnaast zijn de opbrengsten hoger dan de kosten, omdat een aantal grotere vergunningen met een hoge bouwsom is verleend. Dit komt omdat er sprake is van “kruissubsidiëring”, grote projecten zijn meer dan kostendekkend, kleine projecten zijn niet kostendekkend. Per saldo storten wij € 786.358 in de voorziening leges omgevingsvergunning. Deze komt hiermee op een totaal bedrag van ruimt € 3,8 miljoen. In 2018 is het tarief verlaagd van 2,7% naar 2,3%. In de eerste helft van 2019 zullen we opnieuw een doorrekening maken en vervolgens met voorstellen komen om kosten en opbrengsten weer meer in balans te brengen.

woningen
Deze opbrengst is deels gecalculeerd (woningbouwprogramma) en deels ‘spontaan’ vanwege de aantrekkende markt. Veel van deze plannen passen in het bestemmingsplan, zodat binnen een paar maanden vergunning werd verleend. Nieuwbouwwoningen, vooral in de vrije sector, zijn ruim opgezet en van hoge kwaliteit. Dit vertaalt zich naar de hogere legesopbrengsten.

bedrijven
Door de sterke toename van het aantal uitgegeven bedrijfskavels zijn tevens veel omgevingsvergunningen verleend voor het oprichten van bedrijfspanden (met name op Apeldoorn Noord, Stadhoudersmolen en Ecofactorij), waardoor een hogere legesopbrengst is behaald.